Volgens een cohortonderzoek is chirurgie beter dan een drieledige behandeling bij een urotheliaal blaascarcinoom met spierinvasie. Het verschil wordt echter kleiner naarmate men ouder wordt.
De laatste jaren werden verschillende blaassparende behandelingen geëvalueerd als alternatief voor een radicale cystectomie, de lokale referentiebehandeling voor een urotheliaal blaascarcinoom met spierinvasie. De meest bestudeerde conservatieve aanpak is een combinatie van maximale transurethrale resectie van de blaastumor (TURBT, maximal transurethral resection of bladder tumor), radiotherapie en concomitante radiosensibiliserende chemotherapie.
Recentelijk werd in European Urology een observationeel cohortonderzoek gepubliceerd dat gebaseerd is op de gegevens van de National Cancer Data Base in de Verenigde Staten. Tussen 2004 en 2011 werd bij 341.667 patiënten de diagnose gesteld van blaaskanker. Bij 12.843 patiënten ging het om een urotheliale blaaskanker met spierinvasie (cT2-4N0M0) waarvoor ze een cystectomie hadden ondergaan of een meerledige behandeling hadden gekregen.
De analyse geeft aan dat de totale overleving op lange termijn minder goed was met de drieledige behandeling, maar dat het verschil met chirurgie verminderde naarmate men ouders wordt. De grotere kans op overleving die samenhangt met een radicale cystectomie moet dus in overweging worden genomen, rekening houdend met het risico van de operatie, vooral bij oudere patiënten. De auteurs besluiten dat een gerandomiseerde, gecontroleerde studie wenselijk is om hun preliminaire gegevens te bevestigen.
